Oesters
Oesters. Sommige mensen gruwen van de gedachte om ze rauw – dus levend – te eten. Zij moeten er niets van hebben. Anderen vinden ze juist heerlijk, rauw met wat peper erop. Maar één ding is zeker: je moet ze in elk geval eens geproefd hebben. En daar komt bij dat je ze niet per se rauw hoeft te eten. Je kunt ze ook gratineren of voorzien van een lichte dressing.
Oesters openmaken
De oester zit in een schelp die lastig is open te maken. Gebruik hiervoor een speciaal oestermesje. Neem de oester in de ene hand met daarop een dikke handdoek gevouwen. Die dikke handdoek is nog om je hand te beschermen tegen uitschieten met het mes. Of gebruik een speciale metalen handschoen. Wees voorzichtig in elk geval.
Leg de oester van de punt van je af, het dunne ‘deksel’ aan de bovenkant. Steek de punt van het mes tussen de twee schelphelften en wrik ‘m open. Ga met het mes langs de zijkanten van de schelp om ‘m los te snijden. Ga daarna met het mes onder de oester langs om ‘m los te maken van de schelp.
Creuse, Zeeuwse oesters met rode wijnazijn en sjalotjes
Voor degenen die de oester eens willen uitproberen, is het volgende recept misschien een goede kennismaking met deze Zeeuwse delicatesse.
De boodschappenlijst is kort:
- 1 dozijn Zeeuwse oesters
- 2 sjalotjes
- 6 eetlepels rode wijnazijn
- 1 theelepel suiker
- wat vers gemalen zwarte peper
Bereiding
Hak de gepelde sjalotjes fijn. Doe ze in een kleine kom en voeg de suiker er aan toe.
Schenk de rode wijnazijn erbij en meng de ingrediënten. Voilà, een heerlijke dressing bij de verse oesters.